2022
Ontslag van twee directeurs: de GBA reageert
Met spijt heeft de GBA vernomen dat de Kamer van volksvertegenwoordigers woensdag heeft gestemd voor de opheffing van het mandaat van twee van haar directeurs in het kader van de zogenaamde artikel 45-procedure.
De GBA zal in september een jaarverslag publiceren waarin wordt bevestigd dat in 2021 goede resultaten zijn geboekt, maar ook dat de werklast exponentieel is toegenomen (met stijgingen van 80, 100 en soms 180% voor bepaalde soorten ontvangen dossiers die moeten worden behandeld). In deze context zal zij opnieuw voor onbepaalde tijd moeten werken met een tot driekoppig herleid directiecomité in plaats van de vijf personen waarin de wet voorziet.
De GBA is een onafhankelijk orgaan en een lid van haar directie kan alleen worden ontslagen indien het een ernstige fout heeft begaan of het niet langer voldoet aan de voorwaarden die nodig zijn voor de uitoefening van zijn functies, zoals bepaald in de wet.
De GBA heeft geen toegang tot de door de Kamer samengestelde dossiers, en kan zich derhalve niet uitspreken over eventuele ernstige fouten of onverenigbaarheden die bij de ontslagen directeurs zouden zijn vastgesteld. De GBA hoopt dat bij de motivering van het ontslag van de directeuren rekening is gehouden met de vereisten van onafhankelijkheid van een orgaan zoals de GBA.
In afwachting van een eventueel beroep van de twee directeurs, houdt de GBA haar definitieve standpunt aan.
Hielke Hijmans, Voorzitter van de Geschillenkamer en Peter van den Eynde, Inspecteur-Generaal: “We betreuren deze beslissing en hopen dat deze is genomen met inachtneming van de bepalingen van de AVG. De vereisten van het Belgische en Europese recht inzake de rechtspositie - en dus het ontslag - van een lid van een gegevensbeschermingsautoriteit zijn bijzonder streng. Het Europees Hof van Justitie heeft dit herhaaldelijk benadrukt, met verwijzingen naar het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie.
Dit betekent in ieder geval dat ontslag niet het gevolg mag zijn van een beoordeling van de wijze waarop de leden van de autoriteit hun functie uitoefenen of van de meningen die zij in de uitoefening van hun functie uiten."
Bijkomend stelt Hielke Hijmans: “Als lid van de GBA en ook als academicus die uitvoerig over dit onderwerp heeft gepubliceerd, beschouw ik het als mijn plicht om deze rechtsbeginselen te onderstrepen nu deze zeer lange procedure van ontslag op grond van artikel 45 van de GBA-wet is afgelopen.”
Cédrine Morlière, Voorzitster van de GBA: "Wij nemen akte van de beslissing van de Kamer van volksvertegenwoordigers van vandaag, en wij organiseren ons om de continuïteit van onze diensten te waarborgen. Meer dan ooit moet de GBA op een stabiele en constructieve manier vooruitgaan om haar missies als hoedster van de persoonlijke levenssfeer in België optimaal te vervullen.”